zondag 20 maart 2011

Goudhaantje, Appelvink en scheldende wielrenners

Het is om kwart over negen nog maar 3 gr. C. Veel warmer dan 10 graden zal het niet worden en ik neem de racekap toch weer mee. Ik wil een rondje Noord-Holland rijden. Snel ben ik noordelijk van Alkmaar. Het fietspad langs het Noord-Hollands kanaal wordt steeds minder bruikbaar door wegwerkzaamheden. Dan maar via Schoorldam en de West-Friese Omringdijk. Het wemelt van de wielrenners, niet altijd mijn favoriete medeweggebruikers, zeker vandaag niet.
Ik rij rond de 40 km/u en wil een in een waaier rijdend peloton wielrenners passeren. Op mijn claxonneren wordt gereageerd met het op en neer bewegen van de vlakke hand. De heren kijken zelfs niet om en weten dus niet wie er achter hen rijdt. Interesseert ze ook geen moer. Ik moet er domweg achter blijven. Dan komt er een even groot peloton wielrenners van de andere kant. Nu gaat de waaier wel wat naar rechts, respect voor soortgenoten hebben de heren blijkbaar wel. Het ziet er naar uit dat er een klein gaatje ontstaat als de pelotons elkaar passeren. Niet verstandig, zeker niet met een al verkochte fiets, maar ik trap de Quest precies tussen de beide pelotons door. Ik schat aan weerskanten nog 25 cm ruimte te hebben. Ik word getrakteerd op een scheldpartij. Zo doen we dat heren. Ik kijk in mijn spiegels of ze achter me aan komen, maar door de adrenaline rij ik inmiddels ruim 50 km/u en zie de mannen in mijn spiegels snel kleiner worden.
Langs de Grote Sloot rij ik via Oude Sluis naar de Waddenzee dijk.

In Den Oever eet ik een broodje bij de haven. Ik zie de auto van de vogelringers weer staan en zie de mannen even later uit het bos komen. Ze hebben vele katoenen zakjes met in elk zakje een vogel die ze in netten hebben gevangen. Ik krijg uitgebreid uitleg tijdens het ringen en wegen van de vogels. Ik zie voor het eerst van mijn leven een goudhaantje, een schitterend gekleurd en maar 5,5 gram wegend vogeltje. Het blijkt het kleinste zangvogeltje in Nederland te zijn. Het is verbazend hoe handig de ringer de minuscule vogels zonder enige schade vastpakt en ringt. Als de ring om een pootje is geknepen wordt het nummer genoteerd en het vogeltje gewogen. Daarna krijgt het beestje de vrijheid weer terug en wordt de volgende gedaan.

Dit blijkt een fermer type te zijn, een Appelvink. Dit is bepaald geen lieverdje. Hij is in staat om met zijn robuuste snavel een kersenpit te splijten. Hij pikt de ringer in zijn vinger en houdt vast. Dat is bijzonder pijnlijk en nadat ik mijn foto's heb gemaakt mag ook deze vogel het bos weer is.
Uit een eerder gesprek is mij duidelijk geworden dat het werk allemaal liefdewerk oud papier is. Zelfs de ringen moeten de mannen zelf betalen. Als ik ze een klein bedrag aanreik zijn ze bijzonder blij en moet ik mijn naam opgeven om als sponsor te worden opgenomen in het jaarboek. In het felle zonlicht is niet goed te zien of mijn foto's lukken. Een Canon Powershot G10 is geen spiegelreflex, maar op de macrostand blijken vrijwel alle foto's er goed uit te zien.

Plotseling komen er twee Questen aanrijden. Elly en Jules Boetekees hebben in twee dagen een rondje IJsselmeer gereden en zijn vanmorgen uit Sneek vertrokken. Samen rijden we naar Medemblik. Onderweg zien we nog een Quest uit de richting Medemblik komen. De bestuurder keert op de weg, het blijkt Jan Geel te zijn, en we rijden nu met vier Questen naar Medemblik.
Elly en Jules trakteren, hartelijk dank Jules, op koffie met appelpunt.
Dan gaat Jan voorop om ons naar Hoorn te begeleiden. Daar ga ik richting Avenhorn en via Driehuizen ben ik om half vier thuis.
Heerlijke rit van 140 km.
13.100 km totaal met Quest 404 vanaf 1-4-2010.