dinsdag 30 november 2010

Velomobielonderdelen.nl en Bebop pedalen

Velomobielonderdelen.nl is een nieuwe webwinkel en heeft tot doel om velomobielrijders te voorzien van producten die niet of heel moeilijk te verkrijgen zijn. Velomobielonderdelen.nl zal in principe geen producten leveren die elders van de plank zijn te kopen. Als belangrijkste product introduceert Velomobielonderdelen.nl na een lange tijd van afwezigheid in Europa de fantastische Bebop pedalen weer in de Benelux.
Racekappen zijn niet te koop. Wilde je een racekap, dan kon je met de ruwe mallen van Velomobiel.nl zelf iets in elkaar knutselen. Het werken met glasvezel en carbonvezel is niet voor iedereen weggelegd. Daarom kun je nu een racekap bij Velomobielonderdelen.nl aanschaffen. Dit gaat overigens in goed overleg met Velomobiel.nl.
Lexan voor het maken van vizieren is voor particulieren niet in de goede afmetingen en dikte te koop. Velomobielonderdelen.nl maakt dit mogelijk en heeft al een kleine 100 velomobielrijders van het goede materiaal voorzien.
De vele banden die Wim Schermer, Kees van Hattem en Jan Geel zo nu en dan testen belanden op zolder. Veel van deze banden zijn gewoon gekocht. Velomobielonderdelen.nl verkoopt zo nu en dan deze splinternieuwe banden met een aantrekkelijke korting.
SKF lagers, en dan de E2 Energy Efficient lagers, lopen 50% lichter dan de huidige lagers die in velomobielen worden gebruikt. Velomobielonderdelen.nl kan deze lagers voor een aantrekkelijke prijs inkopen en door leveren aan particulieren. Lagers voor nieuwe velomobielen leveren wij niet, deze worden door de velomobielfabrikanten ingekocht en ingebouwd. Voor iedereen die zelf zijn lagers inbouwt kunnen wij de goede E2 lagers leveren.
Uiteraard kunnen verschillende producten ook aan gebruikers van open ligfietsen worden geleverd.
De winkel is hier te vinden.

Langere slang aan Topeak Turbo Morph G

Voor langere trips wil ik graag het gewicht in de fiets beperkt houden. Zeker als het op klimmen aankomt is iedere kilo die je niet de berg op hoeft te trappen er één. Naast de zware werkplaatspomp SKS Rennkompressor heb ik voor ritten in Nederland de SKS Air X-Press aan boord. Afgezien van het formaat weegt die pomp 780 gram.
Goede ervaringen van collega fietsers met de Topeak Turbo Morph G doen mij besluiten er een te kopen. Met een gewicht van 280 gram is het een echte lichtgewicht. Het pompslangetje is een lachertje, 25 cm lang. Met de Quest rechtop kan ik er niet eens de achterband mee bereiken. Het oppompen van een voorband, de Quest op zijn kant en het wiel van de grond, is al helemaal onmogelijk.
Topeak levert wel langere slangen maar dan zit er ook een pompkop op die de prijs weer opdrijft. Daarom maar een los stuk slang ertussen zetten. Hoe doe je dit nu zonder dat het gaat lekken of er lelijk uitziet?

Een stuk slang kan ik van een kapotte Halfords pomp afhalen. Twee aluminium buisjes van 3 cm lang met een buitendiameter van 4 mm verbinden de beide delen van de slang. Met een viertal speciale slangklemmetjes klem ik de slangdelen aan de aluminium buisjes. De slangklemmetjes hebben een binnenhuls die het rubber geheel omsluit. De slang is nu een meter lang, ziet er fatsoenlijk uit en ik kan comfortabel pompen.
De slangklemmetjes komen van: IQ Quality Parts en zijn in allerlei diameters in geringe aantallen te bestellen. De genoemde slangklemmetje staan hier.
Het aluminium buisje komt uit een modelbouwwinkel.
Het pompen met de Topeak gaat goed en toch vrij snel, zeker nu de slang de goede lengte heeft.

zondag 28 november 2010

Nieuwe vizier getest

Vanmorgen wil ik starten voor een klein rondje Noord-Holland. Het vriest 3 graden en met een snelheid van 40 km/u is de gevoelstemperatuur -11.5 graden. Ik heb wél de goede sokken aan, Falke TK1 :). Ook de Therm-IC voetverwarming zit weer in mijn schoenen. Het is echt koud en ik haast me in de fiets waar ik de kap snel over mijn hoofd trek. Eerst maar eens onderweg richting Heerhugowaard. Het nieuwe vizier doet het goed al zie ik wel dat er voorin wat beslaat. Op de Westdijk rij ik steeds 40 tot 42 km/u. Helaas gaat de wasem niet weg en vormt een keurig driehoekje recht voor mijn gezicht. Steeds moet ik het vizier openen om goed te kunnen zien. Dat is met deze temperatuur geen pretje. Met fietsbril en dikke muts is het wel doenlijk, maar daarvoor heb ik geen racekap. In Heerhugowaard keer ik om en ga weer op huis aan.
Ik knip een deflector en probeer dezelfde hoek te bereiken als die van het vizier. Met klittenband bevestig ik het kleine viziertje.
Een rondje Noord-Holland zit er niet meer in, mijn oude schoonvader verwacht ons vanmiddag.
Na de middag rij ik naar Volendam. Tegen wind, ik merk daar, behalve windgeruis, nog maar weinig van, werkt het vizier voortreffelijk. De deflector voorkomt het beslaan volledig. Alleen als ik stil sta wil het vizier licht beslaan. Even een paar centimeter omhoog zetten en na een paar meter is alles weer glashelder.
Het rijdt heerlijk zo, totaal geen last van de snijdende wind, alleen een fris zuchtje langs mijn hoofd. De gehoopte eerdere vermenging van koude en warme lucht lijkt te werken. In Volendam lopen toch nog wat mensen op de dijk. Via Edam ga ik langs de IJsselmeerdijk naar Hoorn. Ik vermaak me prima, ik stroop zelfs de mouwen van mijn dunne lange onderhemd op, al zorgt de kou er wel voor dat ik voor 43 km/u hartslag 130 nodig heb. Dat is 7 tot 8 slagen meer dan bij een 10 graden hogere temperatuur. Vlak voor Hoorn sla ik linksaf naar Scharwoude en Grosthuizen. Ook voor de wind doet het vizier zijn werk uitstekend. Wel moet het soms enkele centimeters omhoog gezet worden als de wind achterin de racekap slaat.
Een ingecalculeerd effect is wel dat er meer reflecties in het vizier te zien zijn. Ik zal kijken in hoeverre ik dat ga aanpakken.
Na Avenhorn rij ik via de Mijzenpolder naar Schermerhorn en via Driehuizen naar De Woude.
Het nieuwe vizier bevalt prima, al moet een langduriger testperiode daarover definitief uitsluitsel geven.
100 km

zaterdag 27 november 2010

Schuiner racevizier

In navolging van Jan Geel rij ik meer en meer met de racekap. Kan gewoon in T-shirt en korte broek, zelfs als het vriest.
Bij normale toersnelheden van 35 tot 38 km/u beslaat het vizier niet of nauwelijks. Ga ik harder, en dat gaat heel makkelijk, dan produceer ik bij 50 km/u zo'n 250 Watt vermogen. Tegelijkertijd wordt er nog een 500 Watt aan warmte verstookt. Totaal dus 750 Watt, een aardige straalkachel. Het vizier beslaat zelden of nooit aan de voorzijde, daar zit een goed werkende deflector. Naast mijn hoofd kan het vizier wel wat beslaan. Ik zet het vizier dan op een kier en ontwasemt dan snel en volledig. De koude lucht is dan natuurlijk merkbaar.
Daarom probeer ik iets te bedenken om de koude lucht van buiten en de warme lucht in de fiets over een langer traject te laten mengen. Tevens zoek ik een oplossing om bij regen en sneeuw geheel en al droog te blijven. Bij de standaard racekap kan bij deels openstaand vizier regen en sneeuw naar binnen waaien.
De oplossing voor beide problemen zoek ik in een nieuw vizier dat verder vooraan op de racekap aansluit. Ik gok erop dat de regen door het langere vizier op de kap neerslaat.
Ik maak eerst een mal van dun karton. Daarna knip ik dit uit in Lexan. Terwijl de dubbele beschermfolie nog aanwezig is boor ik twee gaten voor de draaipunten. Dan nog twee gaten voor de bedieningspootjes. Deze zijn van 1 mm Lexan en worden voorzien van een stukje klittenband.
Het nieuwe vizier staat 12 cm meer naar voren.
Ook krijgen de aero-dynamische specialisten hun zin :). Het vizier van de standaard kap staat volgens hen te rechtop. Meer helling achterover zou de snelheid ten goede komen.

vrijdag 26 november 2010

Testen met SRM in Quest

Het is inmiddels duidelijk dat de Quest, en in iets mindere mate de Strada, met eenvoudige ingrepen sneller is te maken. Wat de verschillende ingrepen nu werkelijk bijdragen aan de snelheid is niet duidelijk. De racekap, het afplakken van de wielen, het dichtmaken van de voetengaten, de montage van wielkappen en stroomlijning van de achterzijde van de Quest, alles draagt bij aan een snellere Quest. Met Jan van Steeg zou ik een serie proeven gaan doen in een wielerstadion. We zouden dit doen op basis van hartslagmeting. Met wisselende configuratie van de fietsen zouden we met een vaste hartslag de snelheid vastleggen. Hartslagmetingen zijn evenwel niet erg nauwkeurig omdat het vermogen van een fietser door de dag met eenzelfde hartslag kan variëren.
Hans van Vugt van Elan, Nederlands importeur van SRM systemen, biedt mij afgelopen weekend in Apeldoorn aan mijn Quest te voorzien van het modernste SRM systeem met geheel draadloze gegevensoverdracht.
Een SRM systeem bestaat uit een aangepast crankstel met speciale vermogensopnemers die het geleverde vermogen in Watts binnen enkele procenten nauwkeurig kan meten. Deze informatie wordt tegelijkertijd met snelheid, afstand, kadans, hartslag, calorieverbruik, temperatuur en hoogte draadloos doorgegeven aan een display op het stuur en tegelijkertijd opgeslagen.
Op deze manier kan bijzonder nauwkeurig het effect van de verschillende aero-dynamische maatregelen worden vastgelegd. Recentelijk is er SRM software voor de Apple Macintosh ontwikkeld zodat de gegevens op mijn eigen computer kunnen worden geanalyseerd.
De Quest wordt in Nijmegen bij Elan voorzien van de SRM uitrusting. Deze winter moeten de proefnemingen plaatsvinden. Uiteraard wordt op deze blog verslag gedaan van de ontwikkelingen en de resultaten gepubliceerd.

De uitdraai van een SRM is van de wereldkampioenschappen Ironman 2010 in Hawai van de Oostenrijker Michi Weiss. Ik ben straks bij een zo stabiel mogelijk vermogen geïnteresseerd in de snelheden bij steeds wisselende configuraties, van standaard Quest tot zo volledig mogelijk gestroomlijnde fiets.

dinsdag 23 november 2010

Schwalbe velomobielband vertraagd

Tijdens de recordwedstrijden afgelopen weekend in Apeldoorn had ik een gesprek met Guido Mertens van Schwalbe Race Support. Ik had verwacht dat ik de eerste velomobielband te zien zou krijgen. Helaas, nog even niet. Schwalbe heeft afgelopen jaar de focus moeten richten op het opnieuw ontwerpen van de radiale Ultremo R. Zoals bekend heeft deze band problemen gehad die eerst opgelost moesten worden. De nieuwe velomobielband zal ook een radiale band worden en ontwikkelingen uit de Ultremo R komen ten goede aan de velomobielband. Er wordt wel degelijk aan de band gewerkt al is er wel een andere ontwikkelaar mee belast.
Ook heeft het overleg met de nabestaanden van Rinkowski nogal wat tijd gevergd.

Greenspeed uit Australië heeft een nieuwe 47/406 band laten ontwerpen als opvolger van de beroemde Tioga Comp Pool. Deze nieuwe band is de Duro. De band is steviger geconstrueerd dan de Comp Pool maar is wel gebaseerd op het karkas van een radiale motorfietsband. Uit het hiernaast staande staatje dat Greenspeed op zijn site laat zien is er gemiddeld maar 1 watt meer vermogen nodig dan met de Comp Pool. Ik zal proberen deze banden voor een uitrolproef te pakken zien te krijgen.

Nabericht 26-11. De Europese en dus ook Nederlandse importeur van Greenspeed, Optima Cycles uit Beverwijk, ziet geen kans de Greenspeed Duro te importeren. Hans van Vugt van Elan heeft contact gehad met Garrie Hill in de VS. Garrie krijgt volgende week de eerste Duro banden binnen en is bereid er drie voor een test door ons naar Nederland te sturen.

zondag 21 november 2010

Wereldrecordpogingen in Apeldoorn

Indrukwekkend is stadion Omnisport aan De Voorwaarts in Apeldoorn waar 20 en 21 november wereldrecordpogingen zijn gehouden. 1-uurs, 200 meter sprint en 1 km sprint stonden op het programma.
Het schitterende stadion werd bevolkt door een tiental fietsers en een klein groepje toeschouwers.
Zaterdag worden in het stadion van een aantal fietsers tests afgenomen die de basis moeten vormen voor een training door STAPS. STAPS is een door een aantal wetenschappers van de Universiteit van Keulen ontwikkeld trainingsprogramma. De daarop volgende lezing werd goed bezocht.
Vorig jaar kon het voorkomen dat wereldrecords binnen een uur af weer verbeterd werden. Dit jaar was het wat rustiger met de wereldrecords, al mag het wereldrecord van de 15-jarige Bas van der Kooy op de 200 meter sprint er zijn. Ook David Wielemaker wist het 1-km wereldrecord te verbeteren.
Tijdens de recordpoging van de uurs-race brak de ketting van Bas. Hij deed later nog een poging, maar kreeg hinder van zijn bovenbeen.
Wout Ruiter, hij woont en werkt in Aarhus in Denemarken, deed een poging op een leenfiets. Dat mislukte helaas omdat het stuur tegen zijn bovenbenen kwam.
Aurélien Bonneteau, huidig werelduurrecordhouder met 52,07 km/u kwam moeilijk op gang. Tijdens de start ging hij drie keer onderuit. De race bleef spannend tot de laatste seconde. Helaas kwam hij 30 meter tekort om een nieuw wereldrecord te rijden.
De twee heren in gesprek op de foto zijn Bram Moens en ik zei de gek. Bijna alle recordpogingen werden ondernomen met M5 ligfietsen waarvan Bram Moens de geestelijk vader is.
Een uitgebreid verslag en veel foto's van onder meer Bas de Meijer kun je hier vinden.
Ook Bas zelf heeft een aantal foto's op zijn site geplaatst.

vrijdag 19 november 2010

Polycord met olie of Teflon?

De praktijk heeft geleerd dat 4 mm Polycord O-ringen om kettingwielen langer heel blijven dan 4 mm rubber O-ringen. 6 mm Polycord O-ringen zullen zeker nog veel langer meegaan. Hoe veel langer moet nog worden geprobeerd. Ik heb een aantal kettingwielen laten uitdraaien om 6 mm O-ringen te kunnen monteren.
Het maken van 6 mm O-ringen gaat uit de hand vrijwel niet. Het smelten van de Polycord met de soldeerbout gaat nog wel, maar het daarna goed aan elkaar passen van de stollende Polycord lukt me niet goed. Natuurlijk is daar goed gereedschap voor, maar 350 euro voor een speciale hittetang is wat veel voor een experiment. De fabrikant maar eens lief aankijken of ik zo'n tang een keer mag lenen.
Een mogelijk alternatief is nog te bezien of Polycord mogelijk door Teflon minder of niet wordt aangetast. Daarom knip ik 2 soorten Polycord, blauw en groen, en als vergelijking een rubber O-ring in kleine stukjes en doe die in twee nylon flesjes. De ene half gevuld met natte Teflon spray en de ander met de door Velomobiel.nl meegeleverde Shimano minerale olie.
Over een week zal ik de eerste keer kijken of er verschillen zijn.

Het Alligt kettingwiel zit er nu 2800 km in. De tanden zijn nog goed intact maar de rubber O-ringen worden al duidelijk ruimer in vergelijking met een nieuw exemplaar. Als het rubber te veel uitlubbert gaan de O-ringen kapot. Dan krijgen de kunststof tanden de volle belasting van de ketting te verwerken en gaan de tanden kapot.
Er is dus voldoende reden om de experimenten voort te zetten.

dinsdag 16 november 2010

Op de koffie in Den Helder

Als ik vanmorgen de Quest naar buiten rol is het maar 3 gr. C. Geen probleem, ik rij vandaag met de racekap.
Mijn fiets is van binnen drijfnat. Het blijkt dat de Camelbak na 9 jaar intensief gebruik lek is geraakt.
Eerst naar Kees van Hattem waar Jan Geel al aanwezig is. Even later komt ook Pé Koomen aan en is het viertal voor de rit naar Den Helder compleet.
Kees rijdt voorop en gaat een heel stuk noordwaarts. We rijden noordelijk van Schagen langs en bereiken het Noord-Hollands kanaal.
Bij vliegveld de Kooi zien we Ben Wiggers aan komen rijden. Ben keert en maakt van het kwartet een quintet.
In Den Helder, Kees weet de weg, lopen we vast op wegwerkzaamheden. De Questen moeten over de nu nog veel te hoge trottoir banden worden getild.
René van den Berg ontvangt ons hartelijk in zijn huisartsenpraktijk. René adviseert ons alle waardevolle spullen uit de fietsen te halen, 'anders wordt het wel voor ons gedaan'. Er is koffie met lekker appelgebak. We kletsen een tijdje over van alles en nog wat. René wil ook een racekap. Nou dat kan straks.

Het is prachtig weer met niet al te veel wind. De temperatuur wordt niet hoger dan 6 gr. C. maar met de kap op kun je in korte broek en shirt met korte mouwen comfortabel fietsen.
Ik rij voorop naar Petten. We blijven op de rijbaan en we realiseren ons dat we niet op deze N-weg mogen rijden.
Kees gaat ons voor naar de buitenkant van de zeedijk van de Hondsbosche Zeewering. Hoewel de dijk tientallen meters breed is ligt er hier en daar veel troep op. Ook grote stenen verschijnen als uit het niets voor je wielen. Pé ziet onvoldoende door zijn wat vuile vizier en ramt met zijn linkerwiel een forse steen. Hij wordt een stuk omhoog gegooid maar landt toch weer veilig.
Jan voelt een slinger in de fiets en heeft een lekke achterband.
Na de strakke dijk is het prachtige fietspad door de bossen en duinen heerlijk om te rijden.
Via Schoorl rijden we weer langs het Noord-Hollands kanaal naar Alkmaar. Bij Ranzijn aan de oostkant van Alkmaar scheiden onze wegen.
Ik neem me voor het laatste stuk naar huis rustig aan te doen. Dat lijkt wel niet te willen lukken. Er komt een meisje met een scooter voorbij waarvan ik denk wel aan te kunnen pikken. Ik geef flink gas en ben verrassend snel in haar wiel. Kennelijk veroorzaakt ze een flinke windschaduw want met 54 km/u hoef ik er niet echt hard aan te trekken. Van de viaducten af rolt de Quest uit zichzelf voorbij de scooter. Ik rij zes kilometer naast haar, ze vindt het kennelijk prima, maar let goed op haar. Plotseling duikt er een auto vlak achter ons op. Ik gooi nog maar wat extra kolen op het vuur en haal het scootermeisje in. Ondanks de lichte tegenwind komt er nu 59 km/u op de klok. Dat hou ik maar kort vol, het is tenslotte geen wedstrijd. Tot bij het viaduct bij West-Graftdijk hou ik de snelheid op 54 km/u. Allemaal met dank aan de racekap.
Prachtige rit die na 120 km weer eindigt op De Woude.
Totaal nu 9980 km.

maandag 15 november 2010

Racekap vordert

Vanmiddag rijden Kees en ik naar Hoorn om bij Jan Reus wat spullen af te leveren voor het maken van de racekap. In de Schermer worden wij ingehaald door een Volvo 740. Ondanks dat er meer dan voldoende ruimte is raakt de bestuurder met de linker wielen in de zachte berm. Een seconde later, de automobilist stuurt kennelijk sterk naar rechts, vliegt de auto met een enorme slinger weer de weg op. Na nog een paar kleinere slingeringen heeft de auto de rechte koers weer te pakken. Ik weet direct weer waarom ik een auto met aandrijving op de vier wielen heb. Niet dat ik de auto nog vaak gebruik, ik rij nu precies twee maal meer kilometers met de fiets dan met de auto. Heeft wel tot gevolg dat de remklauwen vastrotten en de rubbers van de wielophanging verdrogen en scheuren.

Kees heeft er zin in en met rond 36 km/u zijn we snel in Hoorn.
De afzonderlijke mallen voor kap en afdekking mangat zijn klaar. Hoewel het al spiegelglad oogt moeten de laatste ongerechtigheden nog met waterproof schuurpapier worden verwijderd. Dan gaan de mallen meerdere keren in het lossingsmiddel en kan de eerste kap worden geproduceerd. Deze zal geheel in carbon worden gemaakt en geen aero-dynamische verstoringen meer opleveren. Zelfs de klittenbanden worden uitsluitend aan de binnenkant bevestigd.

Op de terugweg nemen Kees en ik afscheid bij Avenhorn. De Mijzenpolder is het domein van vele duizenden kieviten, tureluurs en meeuwen. Vooral kieviten vliegen er in immense aantallen. Ik probeer een paar foto's te maken, maar zie dat de kleine vogels vrij ver weg zijn. Een man op een mountainbike staat de vogels ook te fotograferen. We praten even over de vogels en over de Quest. Hij is al jaren aan het nadenken om er een aan te schaffen. Ik adviseer hem geen proefrit te maken, dan is ie verkocht :).

Een kleine aanpassing aan de huidige racekap pakt bijzonder goed uit. Besloeg de racekap bij zware inspanning nogal eens, een simpel stukje Lexan, in hoogte verstelbaar bevestigd aan de binnenkant van de racekap, lost dit probleem geheel en al op. Er is een luchtspleet van ongeveer 1 cm breed. Bijkomend voordeel is dat de lichaamsswarmte die je zelf produceert nu ook niet meer neerslaat op de binnen voorzijde van het vizier. Ook je eigen adem slaat niet meer neer op het belangrijkste deel van je vizier. Wel beslaat het stukje Lexan zelf natuurlijk en komen er een paar druppels vanaf, een bewijs dat het werkt.

zondag 14 november 2010

Nieuw deelbaar ontwerp as kettingwiel

Zoals bekend ben ik uitgebreid aan het experimenteren met kettingwielen en kettingtandwielen. Doel is een stille Quest en een langdurige ongestoorde werking. Na de experimenten met de standaard gemonteerde 3,5 mm rubber O-ringen is gebleken dat deze ringen na 100 tot 300 kilometer door aantasting door de olie gaan uitzetten en snel daarna breken. De ketting loopt dan over de hardere kunststof van het kettingwiel en begint te ratelen. Met het hoofd in de wind en veel windgeruis om de oren valt het lawaai te verdragen. Heb je nog een standaard kettingbuis om de trekkende ketting, dan zit je sowieso in het lawaai en valt het geratel ook minder op.
Ik wil hier nogmaals duidelijk maken, het is mogelijk om in een geruisloze Quest te rijden. Meer dan het suizen van de banden en de wind boven 30 km/u hoef je echt niet te horen. Zoek je rust in de Quest dan monteer je een vizier op de rand van het instapgat. Dan wordt het inderdaad een stuk stiller in de Quest tot ….. de O-ring van het kettingwiel kapot gaat.
Na de standaard rubber O-ringen kwamen Dupont Viton O-ringen in beeld. Ook deze betere kwaliteit rubber ringen losten snel op door de olie.
Polycord, een neopreen waarvan ik veel verwachtte, blijkt een stuk langer mee te gaan, maar ergens tussen 1000 en 1500 kilometer is ook deze O-ring aan het eind van zijn latijn. Betekent voor de veelfietsers elke maand het vervangen van de O-ring. De meeste fietsers doen dat niet en blijven in het lawaai zitten. Recent heeft Velomobiel.nl enkele kettingwielen voorzien van een diepere groef. Hierin kunnen 6 mm dikke Polycord ringen worden gemonteerd. Deze zouden meerdere duizenden kilometers mee moeten gaan. Ervaringen hiermee later.

Het vervangen van een kettingwiel vind ik een vervelend klusje. Je moet er eerst aan denken vóór te schakelen naar het middenblad en achter op één van de kleinste bladen. Daarmee heeft de ketting weinig spanning. Het losschroeven van de beide inbusboutjes is niet zo'n probleem, het monteren wel. Als je armen van het formaat Ymte of Theo van Andel hebt is het goed te doen, maar die armen heb ik niet. Betekent dat ik het asje zo goed mogelijk positioneer en met een doek en een gewicht op zijn plaats hou. Dat gaat nogal eens mis en dan springt het asje met kettingwiel door de Quest.
Kan dat nou niet anders? Jazeker, dat kan.
Ik bedenk een constructie uit twee delen met daartussen een ingekort asje. Het belangrijkste onderdeel is een open klapbaar huis waarin het asje met kettingwiel wordt neergelegd en naar rechts in de rechter ashouder schuift. Zit het asje goed in het ronde lagerhuis aan de rechterkant, dan klap ik de ashouder dicht. Zou de as niet goed zitten, dan kan het scharnier niet dicht. Automatisch wordt de as hiermee in de juiste positie gefixeerd. Met één M5 inbusboutje wordt de as vastgeklemd. De constructie is erop berekend 750 kg trekkracht te kunnen weerstaan.
De beide helften worden éénmalig vastgeschroefd op dezelfde plaats als normaal. Wil ik een ander kettingwiel plaatsen, dan hoef ik binnen in de fiets maar één M5 inbusboutje los te draaien, het ashoudertje open te klappen en kan ik het kettingwiel verwisselen. Ik hoef niet meer omslachtig onder de fiets te klooien en mijn armen zijn nu niet meer te kort. De constructie voorziet erin dat het kettingwiel ongeveer 16 mm over het asje kan glijden. Het wieltje zoekt zo de optimale positie in de kettinglijn.
De nieuwe tweedelige constructie, het prototype is uit RVS en voorzien van zoveel mogelijk gaten om gewicht te besparen, weegt 76 gram. Het definitieve ontwerp wordt vervaardigd uit aluminium en weegt inclusief RVS asje 36 gram. Dat is maar 12 gram meer dan het originele asje van Velomobiel.nl
Het ashoudertje, een kunststukje in metaal, wordt volledig met een CNC gestuurde freesmachine vervaardigd.

dinsdag 9 november 2010

Quest met dode hoek spiegel

Steeds vaker, vooral bij regen en lage temperaturen, kies ik er voor om de racekap te gebruiken. Het heel makkelijk bereiken en vasthouden van hoge snelheden speelt ook een rol. Een nadeel is dat het zicht, met name schuin naar achter duidelijk minder is. De spiegels geven een goed beeld wat er achter je gebeurt, maar in de beruchte dode hoek is de waarneming zonder meer onvoldoende. Ook andere velomobilisten geven aan dat als ze naar links willen uitwijken, ze dit soms een beetje op de gok doen. Het is vooral prettig om snel te kunnen wisselen tussen rijbaan en fietspad. Omdat ik nu niet schuin achter me kan kijken blijf ik meestal maar op het fietspad.
Is er een dode hoek spiegel voor de Quest te koop? Natuurlijk niet. Eerder kocht ik een rond dode hoek spiegeltje voor een auto. Dat verkleinde ik voor gebruik tijdens races.
Vanmiddag rij ik naar Otomax in Alkmaar. Hun website ziet er goed uit, al valt me wel op dat hun 'nieuws' uit 2007 dateert. Op de Stationsweg rij ik op en neer en vind geen Otomax. De stations fietsenmaker vertelt me dat Otomax al twee jaar geleden na een brand is vertrokken. Waarom die website nog steeds in de lucht is, is me een raadsel.
Via Limmen, ik ga nog even langs Kroone Liefting, rij ik door naar Beverwijk. Otosam heeft het goede dode hoek spiegeltje.
Langs het Noordzee kanaal heb ik weer profijt van de racekap. Constant 43 km/u vraagt een hartslag van 120 tot 122 slagen per minuut. Even later geef ik gas langs de Markervaart en is hartslag 147 voldoende om tegen wind 50 km/u te rijden.
Thuis zaag ik het ronde spiegeltje in twee stukken en plak de helft met secondelijm op de bovenkant van de standaard linker spiegel. Direct is duidelijk dat de dode hoek niet meer bestaat. Alles links achter, tot vrijwel naast me, is goed zichtbaar.
In de garage maak ik een foto en zie dat het er een behoorlijke troep is. Daarom vervaag ik het voor jullie maar wat. Morgen maak ik buiten wel een paar aanvullende foto's.

zondag 7 november 2010

Paard gooit berijdster af

Kees schrijft op zijn blog dat ie vanmorgen om 10.00 uur vertrekt voor òf een ritje Waterland òf een ritje door de duinen. Ik reageer met de opmerking dat als ie langs De Woude komt ik wel een stuk wil meetrappen. Geen reactie tot .... vanmorgen om 10.00 uur Kees en Sebastiaan voor de deur staan. Kees kon niet tot 10.00 uur wachten en halverwege ontmoeten hij en Sebastiaan elkaar.
Via Wormerveer en Krommenie rijden we naar Uitgeest. Kees wil een stuk hard rijden en trekt door tot 42 km/u. Ja Kees, dat is een uitnodiging die wij graag aannemen. Even later haalt een brommer ons in. Even aanpikken, maar harder dan 45 km/u gaat ie niet. Dan maar erlangs en met 52 km/u zet ik de brommer op afstand. Als ik me laat afzakken komt de brommer rijder naast me rijden. Het blijkt een mevrouw te zijn en ze roept dat ik wel 45 km/u rij. Nee hoor mevrouw, het was ruim 50.
Aan het eind van de zeeweg gaan we rechtsaf de duinen in. Kees raakt van de weg en ik hoor enig polyesterplaatwerk over de stenen schrapen. Ik ben afgeleid en op dat moment zoeft een rood-witte paal rakelings langs me, totaal niet gezien.
Vlak voor Egmond aan Zee denderen enkele paarden van het duin omlaag. Precies op het moment dat ik me afvraag of dat wel goed gaat, strekt een groot wit paard de beide voorbenen en staat stil. Met een grote boog vliegt de amazone uit het zadel en valt hard op de grond. Ze staat niet meer op en huilt van de pijn in haar rug.
Haar begeleidster komt aanrijden en begint ook te huilen. Ze is totaal in paniek en schreeuwt dat ze niet weet wat ze doen moet.
De schimmel loopt weg en Kees slaagt er in het dier te pakken te krijgen en vast te binden aan een lantaarnpaal. Het dier is zo wild dat het zijn halster kapot trekt en er weer vandoor gaat.
Ik bel 112 en meld dat een op hol geslagen paard richting Egmond aan de Hoef gaat. De telefonist van 112 is daar niet zo in geïnteresseerd en vraagt hoe het met meisje is. Dat gaat wel redelijk en ik denk niet dat er een ambulance hoeft te komen. Als de receptioniste meldt dat slachtoffers van ongevallen hun situatie niet goed inschatten, geef ik mijn GSM aan Stephanie, zo heet het lieve kind. Dan besluit 112 politie en ambulancemotor te sturen.
Politie is er snel, de dokter rijdt te ver door. Als Stephanie is onderzocht denkt de dokter dat het goed is afgelopen.
Haar vader komt even later met de auto en sluit zijn dochter in de armen. Inmiddels is het paard gevangen en naar een manege gebracht.
Al met al heeft het wel drie kwartier geduurd en het plan om naar Schoorl te rijden zit er niet meer in. Kees en Sebastiaan gaan naar Alkmaar, ik besluit om via Heiloo naar De Woude te rijden.
47 km.

NB. De laatste twee foto's heb ik per ongeluk gemaakt op 3200 ASA. De Canon Powershot G10 schakelt dan terug naar 1200 x 1600 pixels. Dit levert natuurlijk niet de gewenste kwaliteit op.

maandag 1 november 2010

Volendam - Ilpendam

Na de koffie rijden Kees en ik naar Volendam voor een boodschap. Het achterwiel schraapt bij het aanzetten en in de bocht tegen de Lexan strip. Aan de andere kant van het water de Quest maar even op zijn kant gelegd en de strip iets verplaatst. Dat helpt een beetje, in ieder geval hoor ik tijdens het rechtuit rijden geen geschraap meer.
Het is heiig en er is weinig wind. Ik weet Kees te verleiden flink gang te maken. In ieder geval rijden we regelmatig 36 tot 38 km/u tegen de lichte tegenwind. Kees volgt goed maar geeft even later wel aan dat ie ook maar eens moet gaan plakken om de Quest sneller te maken.
In Volendam loop ik voor een aanpassing aan een armband voor Marian de juwelier binnen. Kees praat met de ijscoman. De nodige rechtse termen, ik durf ze hier niet te herhalen, vliegen letterlijk over straat. De ijscoman vertelt een verhaal over 'één hongerige andersdenkende is moeiteloos te eten te geven, merkt niemand wat van. Maar als er teveel komen, gaat het niet meer. En dat is nou aan de hand', vervolgt de 70-jarige donkerharige ijscoman. Wie die 'anderen' zijn is uit de conversatie wel op te maken. Het is geen geheim dat veel Volendammers er zo over denken. Daarbij hebben ze ook nog eens het hart op de tong.
Als het armbandje is gemaakt, prima en snelle service van juwelier Schilder-Vlugt, wil Kees via Ilpendam rijden. Het is maar een graad of 8 en ik trek mijn oranje hesje erbij aan. De snelheid blijft er met 36 tot 40 km/u lekker in als Kees voorop rijdt.
Via Ilpendam en Purmerend zijn we na 64 km weer in De Woude.

Alles lijkt al eens uitgevonden

Op recumbentblog een posting vorige maand van een nieuwe Tri-sled velomobiel. Maar ..... die kennen we toch al jaren? De nieuweling lijkt sprekend op de C-Alleweder of Limit die, net als de Quest, Mango en Strada door Allert Jacobs is ontworpen.
Een goede foto van de Limit vond ik op
http://versatile.web-log.nl/versatile/limit_en_alleweder/
Alle wielen zijn 20 inch, de verhoudingen zijn vrijwel hetzelfde, de bollingen liggen bijna overal gelijk, zelfs de tunnel achter het hoofd lijkt zo overgenomen te zijn van de C-Alleweder. De Rotovelo, zo heet de nieuwe velomobiel van de Australiërs heeft hooguit een iets lagere neus. Oordeel zelf.