zondag 21 september 2008

ALF, ruzie met Hermandad en drama op het eiland

Vandaag begint feestelijk, maar zal in een drama eindigen. Straks meer hierover.
We, Kees van Hattem en ondergetekende, rijden vandaag met ALF, de Amsterdamse Liggers een rondje. Kees staat om kwart over acht aan de overkant van het water al te wachten. Ik zie een bootje midden in de vaargeul drijven, maar dat gebeurt wel meer.
Het mist zo erg dat de overkant van de Markervaart maar juist te zien is. Tijdens het rijden beslaat mijn bril zo sterk dat ik hem maar af zet. In Wormerveer is het zicht veel beter en de bril kan weer op.
We rijden vlot naar de pont in Zaandam. Deze zou net weg varen, maar wacht even op ons en de dekbaas doet de boom weer open, erg aardig. Kees vind het rijden in de stad prachtig. Het is in verband met de autoloze zondag heerlijk rustig. Al om tien voor half tien staan we op het Museumplein. We vragen ons even af of we wel op de goede datum rijden, om tien uur is er nog niemand behalve wij. Dan komen er vlot na elkaar vier man met tweewielige liggers. Jan en Björn ken ik, de andere twee niet.
Dankzij de autoloze zondag en de Dam tot Dam loop is de IJ-tunnel voor alle verkeer afgesloten. Een uitstekende kans om er met de ligfietsen doorheen te rossen. We blijken dit niet te mogen, maar ik moedig de anderen aan door te rijden. Degene die het ons verbiedt is te voet :). We negeren de rode verkeerslichten, zetten aan en al gauw rij ik 63 km/u zonder hard bij trappen.
We volgen het parcours van de Dam tot Damloop nog een aantal kilometers en slaan dan af naar Waterland. Met tegen de 30 km/u is het heerlijk ontspannen fietsen. We pauzeren even op het havenhoofd van Marken en vervolgen onze weg boven op de dijk richting Volendam. Daar eten we een heerlijk ijsje. Behalve veel lopers zijn er ook enorm veel racefietsers die in tegengestelde richting aan de van Dam tot Dam fietsclassic meedoen.
De grote stroom fietsers wordt door verkeersregelaars in goede banen geleid. Vlak voor Volendam worden we door zo'n verkeersregelaar de weg over gestuurd. Ik kan de draai niet maken en glip achter de regelaar de grote weg op. De man schreeuwt dat ik moet stoppen. Ik pieker daar niet over en zie in mijn spiegels dat de man keihard achter me aan rent. Kansloze operatie natuurlijk. Ik geef zoveel gas dat ik de kabel waaraan mijn stuurtje hangt door zijn bevestigingspotje trek. De man rent hard terug en nu.... begin ik hem te knijpen. Het blijkt geen verkeersregelaar te zijn, maar een politieman. Hij start zijn motor, en is natuurlijk in no-time bij me. Daar helpt geen hartslag 157 tegen. De politieman snijdt me ongenadig, draait zijn motor weer terug en zet hem dwars voor me op de weg. De man is razend en schreeuwt me toe dat ik een bevel van een ambtenaar heb genegeerd. Dat weet ik als oud-politieman natuurlijk maar al te goed. Ik probeer hem te vertellen dat ik toch op die weg mag rijden. 'Dat mag sinds een jaar niet meer' gromt ie me toe. Ik begrijp mijn benarde positie maar al te goed. 'Ja meneer', 'nee meneer', 'u heeft gelijk meneer', 'sorry meneer'. Even dreigt een van mijn medefietsers benzine op de vlammen te gooien door de politieman snerend toe te voegen dat ie zonder helm op de motor rijdt. De politieman snauwt me toe dat een bekeuring 90 euro kost. De boze Hermandad duwt mijn fiets hard achteruit. Ik stap uit en tijger met de Quest door de berm naar het fietspad. Het loopt met een sisser af.
In Volendam is het zo druk dat we de passage van het drukste deel van de dijk maar vergeten. Via het dorp rijden we naar Edam en vervolgens langs de IJsselmeerdijk naar Hoorn. Wim kent zijn adresjes en in Hoorn kun je de viskraam aan de oude gemeentehaven natuurlijk niet links laten liggen.
De terugweg wordt nog prettiger met de wind in de rug. In Schardam gaan wij richting Beemster, de rest van de groep koerst zuidwaarts. In Schermerhorn neem ik afscheid van Kees en rij naar De Woude.
Daar aangekomen staan een aantal dorpelingen bij het water. Ik vraag of het op het eiland niet veilig meer is. Dan zegt pontbaas Cor Helder dat zijn zwager verdronken is en nog in het water ligt. Cor's zwager is Piet Los, de enige beroepsvisser die ons eiland kent. Piet, onze erven zijn slechts door een sloot gescheiden, is vrijdag op zaterdagnacht bij het overvaren te water geraakt. Piet kon niet zwemmen en dat is hem fataal geworden. Het hele dorp is getuige van de berging door brandweerduikers. Iedereen is zwaar aangeslagen. In deze kleine gemeenschap komt dit als een mokerslag aan.
122 km. Totaal nu 3450 km.